Search
Close this search box.
Search
Close this search box.

Ook in Omo Valley lijkt dé oplossing voor landroof ver weg

Delen

Ook in Omo Valley lijkt dé oplossing voor landroof ver weg

Heiligt het doel de middelen als je economische groei wil realiseren? De groeiende behoefte aan land en voedsel leidde de afgelopen jaren tot veel landroof. Lokale boeren in onder andere Ethiopië, Cambodja, Brazilië en Mozambique worden gedwongen te verhuizen, zodat grote investeerders het land kunnen gebruiken om ons te voorzien van onze voedselbehoefte.   organiseerde een debat tussen betrokken partijen om een oplossing te vinden.

De Omo Rivier stroomt rustig door Omo Valley in Ethiopië. Lokale stammen gebruikten tot voor kort het land om hun gewassen te laten groeien, hun vee te laten grazen en om te jagen en te vissen. Nu worden de stammen door de Ethiopische overheid verplicht om te verhuizen, zodat er in het gebied suikerplantages gebouwd kunnen worden. Leslie Leskov, adjunct-directeur van Human Rights Watch in Afrika, legt uit: “De stammen ontvangen valse beloftes over gebieden waar ze heen moeten verhuizen. Deze gebieden bevatten vaak weinig water en voedingsstoffen. Stammen die zich daardoor verzetten worden vaak bedreigd.”

De video over Omo Valley wordt voorafgaand aan het debat   getoond. Het Ethiopische gebied is slechts een van de vele voorbeelden van landroof, wat Human Rights Watch verontrust. “Landroof komt veelal in de armste landen voor. Wij willen de armste mensen in deze kwestie een stem geven en uitzoeken wie profiteert van het land en wie daardoor benadeeld wordt”, zegt Iain Levine, adjunct-directeur van Human Rights Watch’s Programma’s. “Er zijn veel partijen verantwoordelijk en wij zien het als onze taak om hen daarvan bewust te maken.”

Oprechte multinationals

Human Rights Watch organiseerde afgelopen weekend het Human Rights Weekend om mensenrechten onder de aandacht te brengen. Het debat Land Grabbing and Human Rights was hier onderdeel van, waarbij betrokkenen zoals Coca-Cola, Oxfam Novib en het Ministerie van Buitenlandse Zaken aan het woord kwamen.

De eerste grote spelers op het gebied van landroof zijn multinationals, zoals Coca-Cola. Volgens Oxfam Novib directeur Farah Karimi is dit bedrijf de grootste suikerinkoper ter wereld. Karimi: “Samen met Pepsi koopt Coca-Cola 40% van alle suikers ter wereld in. Dat is een enorme hoeveelheid en daarom hebben deze bedrijven een grote invloed op de omstandigheden waarin hun producten tot stand komen.” Het is dan ook niet gek dat Oxfam Novib vorig jaar met Jan Burger, Duurzaamheid en Techniek Account Manager van Coca-Cola, kwam praten. “Oxfam Novib bracht ons op de hoogte van de verantwoordelijkheid die we moesten nemen op het gebied van landroof. En dat was maar goed ook, want eerlijk gezegd wisten we er niet veel vanaf”, aldus Burger. “We kopen veel suiker in bij leveranciers, maar weten niet waar zij het vandaan halen. Daar gaan we nu beter op letten en strenger op controleren.”

De oprechtheid van Coca-Cola en andere multinationals wordt bij dit soort morele kwesties vaak in twijfel getrokken. Burger: “We begrijpen dat mensen sceptisch zijn, we zijn immers geen stichting. Toch vinden we het belangrijk dat onze consumenten niet bezorgd hoeven zijn over de moraliteit van onze producten. Daarom doen we nu onderzoek naar onze leveranciers, stellen we nieuwe normen met hen vast en controleren we of zij die nakomen.”

Actief beleid

Niet alleen multinationals zijn verantwoordelijk voor landroof. Ook lokale en westerse overheden  hebben hun aandeel. De Nederlandse overheid krijgt soms de kritiek dat het te passief is op dit gebied, maar daar is Frits van der Wal, deskundige Duurzame Economische Ontwikkeling op het Ministerie van Buitenlandse Zaken, het niet mee eens. “Nederland gebruikt veel ambassades in het buitenland om landroof aan te pakken. Het is echter een complex probleem, omdat elke zaak anders is. Soms is er corruptie in het spel, op andere momenten zijn mensen analfabeet en is het lastig om hen op hun rechten te wijzen. Daarom is het moeilijk om snel met een oplossing te komen.”

Toch is er volgens Van der Wal kans op verbetering: “Lilianne Ploumen, Minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, gaat met CEO’s, NGO’s en de private sector het dialoog aan. We willen de kennis die we tijdens dat dialoog opdoen gebruiken om landroof gezamenlijk aan te pakken.” Samenwerking is volgens de directeur van Oxfam Novib ook het sleutelwoord: “Je hebt voor dit probleem zowel lokale als westerse hulp nodig. De lokale bevolking weet het beste wat er aan de hand is en beschikt over een goed netwerk. Westerse overheden, bedrijven en NGO’s hebben vaak de kennis en het geld om hulp te bieden.”

Wijzende vinger

Het debat van afgelopen weekend toonde duidelijk aan hoe complex het probleem rond landroof is. Vooralsnog lijkt dé oplossing niet te bestaan, de betrokkenen wijzen aan het einde van het debat toch vooral naar elkaar. “De overheid heeft naar mijn mening de meeste macht, zij moeten ambtenaren trainen om beter te controleren en de wetgeving te handhaven”, meent Burger van Coca-Cola. Van der Wal meent echter dat een groot deel van het probleem voortkomt uit een gebrek aan educatie, omdat lokale mensen niet weten wat hun rechten zijn. “NGO’s moeten daarom meer lokale campagnes starten en meer in gesprek gaan met lokale burgemeesters, landheren en de politie, zodat iedereen weet wat zijn recht is.” Oxfam Novib meent dit te doen en helpt lokale stammen met juridische stappen. “Maar onze campagnes in Nederland zijn overigens even belangrijk. Wij mobiliseren namelijk consumenten om na te denken over de oorsprong van het product dat zij gebruiken, zodat ze weten of de boer goed betaald is en het product duurzaam is”, aldus Karimi.

Iain Levine sluit het debat treffend af met een Afrikaans gezegde: “Waar twee olifanten vechten, lijdt het gras: de machtigen, zoals CEO’s, NGO’s en overheden vechten en de machtelozen, zoals de armen, lijden daaronder.” Daarom moet volgens Levine iedere consument, of hij voor de overheid, een CEO of NGO werkt, zijn verantwoordelijkheid nemen, om het probleem voor eens en altijd de wereld uit te helpen.

Van links naar rechts: Frits van der Wal (Buza), Farah Karimi (Oxfam Novib) en Jan Burger (Coca Cola) tijdens het debat: Land Grabbing and Human Rights, in de Balie@Amsterdam.